Een zelfstandig naamwoord is een woordsoort die een zelfstandigheid aanduidt. Dat kunnen concrete zaken zijn, zoals mensen (man, Ineke), dieren (paard) en dingen (huis, brug, hout). Maar het kunnen ook plaatsen, bergen, zeeën enz. zijn.
Zelfstandige naamwoorden kunnen worden ingedeeld in twee groepen:
- Eigennamen: Deze naamwoorden staan voor een specifiek persoon, plaats of ding. Eigennamen worden met een hoofdletter geschreven. Voorbeelden: Nederland, Amsterdam, Jan, Piet, de Eiffeltoren.
- Soortnamen: Deze naamwoorden staan voor een groep van mensen, dieren, dingen of plaatsen. Soortnamen worden met een kleine letter geschreven. Voorbeelden: man, vrouw, huis, boom, paard.
Zelfstandige naamwoorden kunnen ook worden ingedeeld in twee groepen op basis van hun telbaarheid:
- Telbare zelfstandige naamwoorden: Deze naamwoorden kunnen in het enkelvoud en het meervoud worden gebruikt. Voorbeelden: huis, huizen; boom, bomen; man, mannen.
- Ontelbare zelfstandige naamwoorden: Deze naamwoorden kunnen alleen in het enkelvoud worden gebruikt. Voorbeelden: informatie, liefde, geluk.
Zelfstandige naamwoorden kunnen worden gecombineerd met lidwoorden, voornaamwoorden, telwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. Voorbeelden:
- Lidwoord: het huis, een boom, de mannen.
- Voornaamwoord: hij, zij, het.
- Telwoord: een, twee, drie, veel, weinig.
- Bijvoeglijk naamwoord: het grote huis, de mooie boom, de sterke mannen.
اترك تعليقاً